Annelies de Leede (1958) studeerde in 1985 af aan de Academie voor de Beeldende Kunst in Arnhem. Ze is altijd een groot liefhebber geweest van het gebruik van lagen en verschillende materialen door elkaar heen. Tijdens een werkperiode bij het Europees Keramisch Werk Centrum (EKWC) in Den Bosch deed zij onderzoek naar de mogelijkheden om keramiek te kunnen recyclen. Door te experimenten met keramiekresten kwam de Leede er achter dat keramische scherven al hergebruikt kunnen worden, zonder er een onherkenbaar fijn poeder van te maken. Ze gebruikt onder andere geglazuurd afval, dat ze verwerkt in een kleimassa. De grootte van de scherven en de kleur van zowel keramiek als glazuur zijn bepalend voor het afgebakken eindresultaat.
In 1998 werd de Leede samen met Liesbeth Bonekamp gevraagd om het museumjaarobject voor het Nationaal Glasmuseum te ontwerpen. Dit werd een blauw, gematteerd bolvormig vaasje met een gele kern. Dit ontwerp liet ook een duidelijke fascinatie voor het werken met lagen zien. Samen met Bonekamp behoort de Leede tot het freelance ontwerpteam van Royal Leerdam. De Leede is tegenwoordig hoofd van de afdeling Industriële Vormgeving aan de Hogeschool voor de Kunsten Utrecht. Daarvoor werkte ze bij de Concernstaf Kunst en Vormgeving van PTT Nederland en had ze haar eigen ontwerpstudio: OAK. Haar werk is onder andere te vinden in het New Yorkse MoMa.